Judo is een prachtige combinatie van westerse en oosterse gebruiken. Er zijn maar weinig sporten waarin deze gebruiken zo mooi samengaan. En dan te bedenken dat dit al zo is sinds de oorsprong van het judo. 
De vader van het judo, Jigoro Kano, heeft voor de ontwikkeling van het judo ook westerse literatuur bestudeerd en westerse sporten beoefend. Hij stond open voor alles wat een bijdrage kon leveren aan de ontwikkeling van het judo.
Hij heeft bewust gekozen voor de naam judo, wat letterlijk “zachte weg” betekent. Kano bedoelde hiermee dat de ontwikkeling van een leerling in algemene zin centraal moet staan. Dus ook de ontwikkeling van fysieke, mentale en sociale vaardigheden. Het doel is niet om de specifieke technieken beheersen, maar vooral de wijze waarop deze technieken worden aangeleerd: samen met anderen en met wederzijds respect. |